Op dinsdag 11-2-2020 zijn we begonnen aan ons avontuur. Om 10:55 vertrok onze vlucht vanuit Düsseldorf airport naar onze tussenstop in Istanbul, door vertraging vlogen we pas om 11:15. Vanuit Istanbul vlogen we naar onze eindbestemming, Tanzania. Om 03:23 (12-2-2020) kwamen we aan op het vliegveld. Toen we eindelijk uit het vliegtuig mochten werden we al meteen verrast. We moesten langs een controlepunt waar we werden gecontroleerd op de ziekte Ebola. Nou ‘karibu’ in Tanzania dachten wij (Swahili voor welkom). Gelukkig was er niets aan de hand. Vervolgens moesten we ons via een formulier registreren. Op dit formulier moesten we aangeven wie wij waren en waar wij verblijven. Na lang wachten bij de douane kregen we ons VISUM en mochten we het land in. Op het vliegveld van Dar Es Salaam zou Valencio ons om 5:00 ophalen. Zoals ons al was verteld, zijn ze in Tanzania niet erg tijdsgebonden. Dus na een half uurtje wachten kwam onze vriend Valencio. Hij zorgde ervoor dat we onze euro’s om konden wisselen naar Tanzaniaanse Shilling, de munteenheid in Tanzania. Zo gingen we van een paar eurobriefjes naar een hele stapel met briefgeld. Valencio zou ons naar de juiste bus brengen die ons vervolgens 8 uur lang naar het plaatsje ‘Ilula’ zou brengen. Tot de plaats waar de bussen zouden staan was het nog een stukje rijden. Het was nog erg donker, maar wij keken onze ogen al uit. Overal op straat liepen mensen, reden bussen, auto’s en scooters toeterend langs elkaar af. Daar zaten we dan als echte ‘wazungu’ (witte mensen) in een busje omringd door het chaotische Tanzaniaanse verkeer. Aangekomen in een sloppenwijk waar de bussen zouden verzamelen, konden we echt spreken van een cultuurshock. Overal renden Tanzanianen door elkaar. De een rende met koffers vol kleding, de ander liep met manden vol vruchten. Iedereen probeerde iets te verkopen en allemaal met de ogen gericht op de twee blanken in het busje. Zoals wij in Nederland gewend zijn staan de bussen allemaal recht op een vaste plek. Nou hier was het anders… De bussen stonden kriskras door elkaar en je moest echt zoeken naar de bus die jij nodig had. Gelukkig wist Valencio precies waar we naartoe moesten. Valencio, onze reddende Engel! Nou daar zaten we dan, in de bus, in de hitte van 32 graden Celsius, om 6:30, na een reistijd van 18 uur. Onderweg was er gelukkig genoeg te zien. We keken onze ogen uit, maar we bekeken ook de binnenkant van onze ogen. Wat waren we moe.. Onderweg kwamen we veel mooie gebieden tegen, we reden door het National park Mikumi waar we vanuit de bus al Giraffes, zebra’s en gazelles gespot hebben. Na een steile beklimming kwamen we eindelijk aan op onze eindbestemming Ilula. - Thomas- 14-02-2020
Na de twee dagen durende reis kwamen we eindelijk aan bij IOP, de organisatie waar we de komende twee maanden zullen verblijven. We werden hartelijk ontvangen door Tamari, onze begeleider. Ze was erg blij om ons te zien en ze wou alles weten over de reis die we achter de rug hadden. We vertelden haar dat we ontzettend blij waren dat we eindelijk gearriveerd waren. Kort daarna vroeg ze naar ons visum, wat bleek: deze oenemeloenen hadden het foute visum geregeld!!! Tamari vertelde ons dat we terug zouden moeten naar Dar Es Salaam. Gelukkig is de enkele reis maar negen uur, dus dat is binnen no-time geregeld….;-) Het zou volgens haar drie dagen duren om daar alles te regelen.. We baalden natuurlijk als een stekker, maar dit ging snel voorbij nadat we de kinderen ontmoetten. We werden hartelijk ontvangen met een welkomstavond vol met zang en dans (een video hiervan vind je in het bestand onder deze tekst). Wij mochten natuurlijk niet stil blijven zitten dus we mochten lekker gaan shaken met die heupen, de beelden hiervan zullen we jullie besparen... Later gingen we samen met de kinderen eten. Het eten valt ons 100% mee. We kregen rijst met bonen, iets van vlees (geen idee welk dier we gegeten hebben) en fruit. Na het eten ging het zingen en dansen gewoon weer door en hebben we er nog een gezellige avond van gemaakt met de kinderen en de staff!
Op de tweede dag gingen we samen met Tamari naar de immigratiedienst om ons visum te regelen. Dit was een bijzondere ervaring. We zaten met vijf mensen in een mega klein kantoortje en werden hier een soort van verhoord, ofja Tamari want de mensen spraken nauwelijks de Engelse taal. Heel even leek het erop dat we het land uit zouden moeten gaan en dat we opnieuw Tanzania binnen moesten komen om het visum opnieuw te regelen.. Wat hebben we gezweet! De dag erna ging Tamari weer naar een andere stad om het visum voor ons te regelen. Het duurde en het duurde... Gelukkig kwam ze terug met goed nieuws: we konden het visum vanuit Ilula regelen en we hoefden dus niet voor drie dagen terug te reizen naar Dar Es Salaam! Lucky us!
IOP is een erg grote organisatie. Wij slapen in het Orphan House. Hier slapen ook 26 weesmeisjes. De kinderen worden erg goed verzorgd door hun matron (dit is een soort nanny, de kinderen noemen haar mama). Het is een grote uitdaging om alle namen van de kinderen snel te leren kennen, want alle kinderen lijken best veel op elkaar doordat ze allemaal kort haar hebben. Met sommige kinderen kunnen we erg goed contact maken doordat zij erg goed Engels spreken. Andere kinderen spreken voornamelijk Swahili waardoor het maken van contact iets lastiger is. Maar om een spelletje te spelen of te lummelen :) heb je gelukkig niet zoveel taal nodig! -Fleur- 14-02-2020